Grootste buideldier
De rode reuzenkangoeroe is het grootste buideldier ter wereld. Mannetjes hebben geen buidel en hebben als enige kangoeroe een roodachtige vacht. Vrouwtjes en jongen hebben een blauwgrijze vachtkleur.
Onderontwikkeld
Direct na de geboorte kruipt het nog onderontwikkelde kangoeroejong naar de buidel waar het zich vast zuigt aan een tepel en verder groeit. Na acht maanden verlaat het jong de buidel en drinkt dan nog drie maanden melk.
Stichting AAP
De wasberen die je in AquaZoo ziet, komen van Stichting AAP. Deze Europese organisatie zet zich in voor een betere toekomst voor exotische zoogdieren in Europa. Sommige van de wasberen in dit verblijf zijn bijvoorbeeld gevonden in Limburg, terwijl wasberen oorspronkelijk niet voorkomen in Nederland. Toch leven er hier veel ontsnapte en losgelaten wasberen, die werden gehouden voor hun vacht of als huisdier. Nu mogen een aantal van deze dieren in ons park genieten van een nieuw thuis.
Lekker uitslapen
De wasbeer houdt geen winterslaap. Soms zit het weer tegen en worden de temperaturen te laag. De wasbeer kan dan gaan rusten voor een langere tijd, tot de temperaturen weer beter worden.
Stadsbewoner
De stad blijkt een goed leefgebied voor de wasbeer. Daar is genoeg afval van de mens, waar de wasbeer nog van kan eten. In één vierkante kilometer stad leven soms wel 69 wasberen.
Lange voedseltochten
Wanneer zeehonden op zoek gaan naar voedsel, leggen ze tot wel 50 kilometer af. Tijdens de zoektocht wordt regelmatig gedoken, waarbij de zeehond gemakkelijk 10 tot 30 minuten onder water kan blijven.
Dikmakende melk
Na 10,5 maand dracht komt één jong ter wereld. De extra vette moedermelk zorgt ervoor dat de pup na vier weken al twee keer zo zwaar is als bij de geboorte. Kort erna verlaat moeder het jong en staat het er alleen voor.
Slurf
De kleine, bewegelijke slurf gebruiken tapirs bij het verzamelen van voedsel. De omgeving wordt er mee besnuffeld en het gevonden voedsel kan door de slurf naar de bek gebracht worden.
Uitstekende zwemmers
Zuid-Amerikaanse tapirs kunnen goed zwemmen en duiken. Bij gevaar rennen ze weg of duiken het water in. Soms slapen ze in het water. Om huidparasieten kwijt te raken, nemen tapirs een modderbad.